Bron: SRA – Publicatiedatum: 30-12-2020
Vanaf 2020 geldt een nieuwe regeling voor de fiets van de zaak. Het lage bijtellingspercentage van 7% maakt de fiets een aantrekkelijke voorwaarde. Wat zijn de gevolgen voor de reiskostenvergoeding?
Ter beschikking stellen van een fiets
De bijtelling van 7% van de consumentenadviesprijs geldt als de werkgever ook voor privégebruik een fiets ter beschikking stelt aan de werknemer. Het gaat dan om een fiets die eigendom blijft van de werkgever of die door de werkgever wordt geleased. Dan spreek je over een fiets van de zaak. Als de werknemer deze fiets gebruikt voor zijn woon-werkverkeer of voor zakelijke ritten, heeft hij geen recht op een reiskostenvergoeding.
Verstrekking of vergoeding van een fiets
Een andere mogelijkheid is dat de werkgever een fiets aan de werknemer verstrekt, of de kosten van een fiets vergoedt. In dat geval is de fiets eigendom van de werknemer. In deze situatie is uiteraard geen sprake van een bijtelling voor privégebruik. De werknemer gebruikt immers zijn eigen fiets voor de zakelijke ritten en het woon-werkverkeer. Dat betekent dat in die situaties de onbelaste reiskostenvergoeding van € 0,19 per kilometer wél mogelijk is.
Overstap naar fiets van de zaak
Of de overstap van een reiskostenvergoeding naar een fiets van de zaak voordelig is voor de werknemer, hangt sterk van de situatie af. Bijvoorbeeld van de vraag hoe hoog de reiskostenvergoeding in de huidige situatie is en welk deel daarvan onbelast is. Ook is voor deze afweging relevant wat de consumentenadviesprijs van de fiets is en welke privékosten de werknemer zich bespaart door over te stappen op een fiets van de zaak.
E-bike of speed-pedelec?
Vooral in situaties waarin een auto wordt ingewisseld voor een e-bike of voor een speed-pedelec hoeft het verliezen van de onbelaste reiskostenvergoeding niet nadelig te zijn. Ook moet hierbij bedacht worden dat een fiets van de zaak niet betekent dat er überhaupt geen reiskostenvergoeding meer verstrekt kan worden: het betekent alleen dat zo’n vergoeding niet langer onbelast is. Een belaste vergoeding zou zich bijvoorbeeld kunnen voordoen als de maandelijkse kosten van de fiets lager zijn dan de maandelijkse reiskostenvergoeding en de werkgever het verschil maandelijks aan de werknemer uitbetaalt.
Gebruik van eigen vervoermiddel of OV
Gebruik je als werknemer naast de fiets van de zaak ook een privéauto of het openbaar vervoer voor een deel van je woon-werkverkeer? Dan kun je voor dat deel wel de onbelaste reiskostenvergoeding tot € 0,19 per kilometer blijven ontvangen.