Vermogensrendementsheffing blijft overeind
De vermogensrendementsheffing in box 3 is niet in strijd met het Europese eigendomsrecht. Tot dat oordeel is de Hoge Raad recent gekomen. Het betrof een zaak over 2011 over een tweede woning in Nederland van een naar Noorwegen verhuisde man. Daarmee lijkt de kous af voor de jaren 2010 en 2011, maar of box 3 met deze uitspraak helemaal uit de gevarenzone is, valt nog te bezien. Er is al geruime tijd discussie over de box 3-heffing op spaargeld en ander vermogen, met name vanwege het veronderstelde rendement van 4% waarmee wordt gerekend. Dit terwijl spaarrekeningen al jaren aanzienlijk minder opleveren. Met de uitspraak van de Hoge Raad lijkt box 3 voor 2011 overeind te blijven. Dit was al het geval voor het jaar 2010. Of dit echter ook voor de jaren vanaf 2012 geldt, blijft de vraag. De Hoge Raad geeft namelijk ook nog iets anders aan: als voor particuliere beleggers het veronderstelde rendement van 4% over een lange reeks van jaren niet meer haalbaar is en zij worden geconfronteerd met een buitensporig zware last, mag van de wetgever worden verlangd dat hij de regeling aanpast. De zaak voor de Hoge Raad betreft een individuele zaak en ziet dus niet op de zogenoemde massaalbezwaarprocedure over de vraag of de Belastingdienst mag uitgaan van een verondersteld rendement van 4% over spaartegoeden. Hierin is nog geen uitspraak gedaan. Vanaf 2017 krijgt box 3 een nieuw uiterlijk met een vermogensmix en drie schijven met ieder een eigen forfaitair rendementspercentage. Op termijn wil het kabinet box 3 beter laten aansluiten bij de werkelijke rendementen die mensen behalen.
Belastingvrij schenken woning in 2017 € 100.000
Vanaf volgend jaar wordt de vrijstelling in de schenkbelasting ten aanzien van de eigen woning verruimd. De verruiming betreft schenkingen die bestemd zijn om te worden aangewend voor de aankoop of verbouwing van een woning, of die bedoeld zijn om een bestaande hypotheek mee af te lossen. De vrijstelling gaat € 100.000 bedragen en wordt vanaf 2017 structureel. Bovendien kan de vrijstelling in drie opeenvolgende jaren worden benut. Daarnaast vervalt de eis dat het een schenking moet zijn tussen ouder en kind. Is in het verleden al gebruik gemaakt van de verhoogde vrijstelling voor een schenking ten behoeve van de eigen woning, dan mag nog voor het resterende deel belastingvrij worden geschonken. Er blijft wel vereist dat de ontvangende partij tussen de 18 en 40 jaar oud moet zijn. Overweegt u een belastingvrije schenking ten behoeve van een eigen woning, neemt u dan contact op met uw adviseur.
Oplossing pensioen in eigen beheer laat op zich wachten
Nog steeds is niet duidelijk wat nu de uiteindelijke oplossingsrichting zal worden voor het pensioen in eigen beheer. Een brief met details over de uiteindelijk gekozen oplossing is uitgesteld tot uiterlijk begin juli. Het pensioen in eigen beheer kent de nodige knelpunten, die met name worden veroorzaakt door het verschil tussen de commerciële en de fiscale waarde van de in eigen beheer gehouden pensioenaanspraak. Eerder opperde staatsecretaris Wiebes van Financiën twee oplossingsrichtingen: het oudedagssparen in eigen beheer (OSEB) en het uitfaseren van het pensioen in eigen beheer. Later stelde de staatssecretaris nog een verruiming voor van de uitfaseer-richting in de vorm van een spaarvariant bij uitfasering (voor de dga die niet wil of kan afkopen) en een verhoging van de afkoopkorting. Uiteindelijk zal de keuze moeten vallen op de OSEB of de uitfaseervariant van het eigenbeheerpensioen.
Belastingdienst wacht met uitspraak op bezwaar crisisheffing
Werkgevers die bezwaar hebben gemaakt tegen de crisisheffing en zich met een vaststellingsovereenkomst hebben aangesloten bij de proefprocedures over deze heffing, zullen nog enige tijd moeten wachten op de uitspraak van de Belastingdienst op hun bezwaarschriften. Pas na het oordeel van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens over de crisisheffing, zal uitspraak op bezwaar volgen. Eerder heeft de Hoge Raad een eindoordeel gegeven over de crisisheffing en deze in stand gelaten. Voor werkgevers die bezwaar hebben gemaakt tegen de crisisheffing zonder vaststellingsovereenkomst, gaat het proces van bezwaar en beroep gewoon door. Het kan zijn dat in enkele individuele procedures de Hoge Raad nog tot een ander oordeel komt als de crisisheffing voor de procederende werkgever heeft geleid tot een individuele en buitensporige last.
Is het reinigen van werkkleding belastingvrij?
Werkkleding is alleen belastingvrij als de werkgever deze ter beschikking stelt. De kleding blijft dan eigendom van de werkgever. Verlaat de werknemer op een bepaald moment het bedrijf, dan moet hij de kleding weer bij de werkgever inleveren. Werkkleding die de werkgever ter beschikking stelt, kan ook belastingvrij gereinigd worden. Werkkleding die een werkgever verstrekt of vergoedt – de werkkleding is dan eigendom van de werknemer – is in beginsel belast. Als dergelijke kleding wordt vergoed of verstrekt, kan dit wel worden ondergebracht in de vrije ruimte van 1,2% volgens de werkkostenregeling. De werkgever betaalt dan 80% eindheffing als die vrije ruimte tekort schiet. Werkkleding die een werkgever verstrekt of vergoedt, kan ook niet belastingvrij gereinigd worden. Het is wel mogelijk om de reiniging onder te brengen in de vrije ruimte.
Er zijn diverse soorten werkkleding. Om te beginnen ‘echte’ werkkleding die eigenlijk alleen tijdens het werk is te dragen. Denk bijvoorbeeld aan de overall van een schilder. Verder is ook kleding die is voorzien van een logo, aan te merken als werkkleding. Ieder kledingstuk moet dan een logo hebben van minstens 70 cm2 en het logo moet verband houden met het betreffende bedrijf. Een uniform, waaraan werknemers van een bepaald bedrijf of beroep te herkennen zijn, is ook aan te merken als werkkleding. Ten slotte kan ook gewone kleding werkkleding zijn als deze aantoonbaar wordt achtergelaten op de werkplek.
Betere bescherming erfgenamen vanaf september 2016
Erfgenamen zijn vanaf september beter beschermd tegen onverwachte schulden uit een erfenis. De Eerste Kamer is hiermee recent akkoord gegaan. Ook de regels rondom zuivere aanvaarding zijn verduidelijkt. Als erfgenaam kunt u kiezen tussen aanvaarden of verwerpen van een erfenis. Aanvaarding kan zuiver of beneficiair. Nadeel van zuivere aanvaarding is dat u ingeval van een negatieve nalatenschap privé aansprakelijk bent voor de schulden uit de erfenis. In de praktijk gebeurt het regelmatig dat erfgenamen onbewust een nalatenschap zuiver aanvaarden. Men neemt bijvoorbeeld spullen mee uit de woning van de overledene of men betaalt nog openstaande rekeningen van de overledene. Dit zijn allemaal gedragingen waarmee een nalatenschap zuiver is aanvaard, zonder een weloverwogen keuze. Hierdoor kan een erfgenaam in financiële problemen komen als achteraf blijkt dat de nalatenschap meer schulden bevat dan baten. Daarom is vanaf september alleen nog sprake van zuivere aanvaarding door gedraging als een erfgenaam goederen uit de nalatenschap verkoopt, bezwaart of op andere wijze onttrekt aan eventuele schuldeisers. Om erfgenamen te beschermen tegen een onverwachte schuld die bekend wordt na zuivere aanvaarding van de nalatenschap, krijgen zij de mogelijkheid om binnen drie maanden na ontdekking van deze schuld de kantonrechter te verzoeken om bescherming van privévermogen.